هذه الجمل الهولندية يمكن إستعمالها في مجالات و محادثات عديدة. إن كنت قد زرت صفحة المفردات الهولندية يمكنك أن تزور القواعد الهولندية
1.الماضي verleden tijd
2.أنا تحدثت ik sprak
3.كتبت ik schreef
4.قدت – سيارة ik reed
5.أحببت ik hield van
6.أعطيت ik gaf
7.ابتسمت ik glimlachte
8.أخذت ik nam
9.هو تحدث hij sprak
10.كتب hij schreef
11.قاد hij reed
12.احبَّ hij hield van
13قدم hij gaf
14ابتسم hij glimlachte
15اخذ hij nam
16نحن تكلمنا we spraken
17كتبنا we schreven
18قدنا we reden
19أحببنا we hielden van
20أعطينا we gaven
21ابتسمنا we glimlachten
22اخذنا we namen
23الزمن المستقبل toekomende tijd
24سوف أتكلم ik zal spreken
25سوف أكتب ik zal schrijven
26سوف أقود ik zal rijden
27سوف أحب ik zal houden van
28سوف أعطي ik zal geven
29سوف أبتسم ik zal glimlachen
30سوف آخذ ik zal nemen
31سوف يتحدث hij zal spreken
32سوف يكتب hij zal schrijven
33سوف يقود hij zal rijden
34سوف يحب hij zal houden van
35سوف يعطي hij zal geven
36سوف يبتسم hij zal glimlachen
37سوف يأخذ hij zal nemen
38سوف نتكلم we zullen spreken
39سوف نكتب we zullen schrijven
40سوف نقود we zullen rijden
41سوف نحب we zullen houden van
42سوف نعطى we zullen geven
43سوف نبتسم we zullen glimlachen
44سوف نأخذ we zullen nemen
45الزمن الحالي Tegenwoordige tijd
46أنا أتكلم ik spreek
47أنا أكتب ik schrijf
48أنا أقود ik rijd
49انا أحب ik houd van
50اانا اعطى ik geef
51انا أبتسم ik glimlach
52انا آخذ ik neem
53هو يتكلم hij spreekt
54هوا يكتب hij schrijft
55هوايقود hij rijdt
56هوا يحب hij houdt van
57هوايعطي hij geeft
58هواتيبتسم hij glimlacht
59هوا يأخذ hij neemt
60نحن نتكلم we spreken
61ذحن نكتب we schrijven
62نحن نقود we rijden
63نحن نحب we houden van
64نحن نعطي we geven
65نحن نبتسم we glimlachen
66نحن نأخذ we nemen
ik moet een dokter zien.
أنا بحاجه لرؤية الطبيب
2- is de dokter aanwezig?
هل الطبيب في المكتب
3- ik voel me niet goed
أنا لاأشعر أنني جيد
4- ik ben ziek
5- ik heb buikpijn
لدي ألم في المعده
6- ik heb hoofdpijn
لدي ألم في رأسي
7- ik moet gaan liggen
لست بحاجه إلى الاستلقاء
8-mijn keel doet pijn
حلقي يؤلمني
9- ik ben misselijk
أشعر بالغثيان
10- ik heb een allergie
لدي حساسيه
11- ik heb diaree
لدي إسهال
12- ik ben duizelig
أحس بالدوار
13- ik heb een migraine
لدي صداع نصفي
14- heb je koorts?
هل تعاني من حمى
15- ik heb sinds gisteren koorts
لدي حمى منذ الأمس
16- kunt u alsjeblieft een dokter bellen ?
من فضلك هل يمكن الاتصال بالطبيب
17- wanneer komt de dokter?
متى سيأتي الطبيب
18- mijn voet doet pijn
قدمي يؤلمني
19- ik ben gevallen
لقد وقعت
20- ik heb een ongluk gehad
لقد حصل لي حادث
21- ik denk dat ik het gebroken heb
أعتقد انني كُسرت
22-ik blijf in bed
إسترح في السرير
23-verwarmingskussen
وسادة التدفئه
24- slingerverband
حمالة طفل
25- heb jij krukken
هل لديك العكازات
26- verstuikt
إلتواء
27 ik heb medicijnen nodig voor de pijn
أحتاج الى دواء للألم
28- ik heb geen hoge bloeddruk
ليس لدي أرتفاع في ضغط الدم
29- ik ben zwanger
انا حامل
30- ik heb uitslag
لدي طفح
31- de snee is geinfecteerd
تلوث الجرح
32-kijk naar de kneuzing
إنظر إلى هذه الكدمه
33-Griep
انفلونزا
34- ik ben verkouden
لدي البرد
*I have a cold
35- ik heb rillingen
اشعر بقشعريره
36- waar doet het pijn?\
أين تشعر بالألم
37- overal
في كل مكان
38- Hoe lang voel je je al zo?
منذ متى وأنت تشعر بهذه الطريقه
39- ik voel me al drie dagen zo
شعرت بهذه الحاله لمدة ثلاث أيام
40-Neem je medicijnen ?
هل تتناول أي دواء
41- ja voor mijn hart
نعم لقلبي
1- ik ben nu in gebed .
انا الان في الصلاة
2- ik ga naar de bibliotheek
انا ذاهب الى المكتبه
3-vandaag ga ik niet naar de bibliotheek
اليوم انا لن اذهب الى المكتبه
4-ik ga naar de markt ,omdat ik eten wil kopen
انا ذاهب الى الماركت لانني اريد شراء الطعام
5-Dank je wel voor u lieve woorden
شكرا على كلماتك اللطيفه
6-ik wil dit terug geven
انا اريد اعاده ذلك
7-kunt u het mij zeggen
هل يمكنك اخباري
8-waar kan ik een kaartje kopen
اين استطيع شراء كرت
9-waar moet ik stoppen
اين يمكنني ان انزل
10-ik wil naar het centraal station , alstublieft.
انا اريد الذهاب الى المحطه الرئيسيه
11-ik ben nog niet zover.
انا لست مستعد
12-zoiets heb ik niet
انا لا املك مثل هذا
13-ik vind het heel goed.
انا اجد هذا جيد جدا
14-wat is hier aan de hand.
ماذا حدث هنا
15-nee het is niet waar.
هذا ليس دقيقا.صحيح. جيد
16- wat vindt u er van
ماذا تعتقد
17-wilt u mij helpen, alstublieft
هل تريد مساعدتي
18- kunt u mij dit, dat laten zien.
هل يمكنك ان تريني هذا
20-weet u waar een apotheek is in de buurt.
هل تعرف صيدليه قريبه هنا
21-wat is jou nummer ?.
ماهو رقمك
22- met wie spreek ik?
مع من اتحدث
23-Deze week ga ik naar Apeldoorn
هذا الاسبوع انا ذاهب الى ابلدورن
24-Hij is ziek , maar komt wel
هو مريض ولكن سيأتي
25-hoe lang duurt de reis.
كم من الوقت ستستغرق الرحله
26-waar gaat u naar toe.
الى اين انت ذاهب
27- mag ik wat vragen.
هل يمكنني ان اسال
28-mag ik dit meenemen.
هل استطيع أن اخذ
29-wanneer vertrek jij
متى سترحل (تغادر) انت
30-laat maar zitten.
انسى هذا
31-Dat geeft niet hoor.
لا مشكله لاتقلق لابأس
32-hoe voel je je?
كيف تشعر انت
33-ik voel me beter.
انا اشعر بتحسن
34-ik wil naar de dokter gaan.
انا اريد الذهاب للطبيب
35- waar vind ik een markt.
اين اجد ماركت
36-hoeveel kost dit ?
كم ثمن هذه القطعه
37-hoe ver is het centrum hiervandaan .
كم يبعد مركز المدينه من هنا
38- ik ga naar de markt om brood te kopen .
انا ذاهب لشراء الخبز من السوبر ماركت
39-waarom ga jij naar de stad ?
لماذا أنت ذاهب الى المدينه ؟
*omdat ik een asfpraak heb met mijn advocaat.
لأنني أملك موعد مع المحامي الخاص بي
40-wil jij met me mee naar winkel gaan?
هل تريد الذهاب معي إلى السوق
41-waar is het station? kan ik lopen .
أين المحطه ؟ هل أستطيع السير
42-Mag ik u iets vragen?
هل يمكن أسألك
43-waar is jouw huis?
أين يقع منزلك
44-waar heb jij mijn boek gelegd
أين وضعت كتابي
45-wat heb jij vandaag ?
ماذا فعلت اليوم
46- ik ben hier , omdat het oorlog is in mijn stad
انا هنا بسبب الحرب في مدينتي
47-wat doe je elke dag?
ماذا تفعل كل يوم؟
48-op welke spoor gaat de trein naar amsterdam?
من أي محطه سنطلق القطار ألى امستردام
49-wat wil jij studeren?
ماذا تريد أن تدرس
50-waar kan ik de groente vinden ?
أين يمكنني العثور على الخضار؟
51-kunt u vertellen hoe dat moet?
هل يمكنك أن تقول لي كيف لي
52-kunt u iets harder praten?
هل تسمح أن ترفع صوتك قليلاً
53- ben jij vandaag naar sport geweest?
هل أنت ذاهب إلى الرياضه
54-ik vind het niet leuk
أنا لا أجد هذا جيداً
55- ik hou er van
56- het is heel warm
هذا حار جداً
57-wie is je docent?
من هو مغلمك
58-waar is de auto?
أين هي سيارتك
59-welke fiets is van jou?
أي دراجه هي لك
60-welke fietsen zijn goed?
أين دراجه جيده
61-welk boek lees je?
أي كتاب أنت تقرأ
62-wat heb jij gehad?
ماذا كان لديك
63-wat was de verassing in Amsterdam?
ماهي المفاجئه التي كانت في أمستردام
64-ben je thuis dit weekend?
هل أنت في البيت نهاية الأسبوع
65-ik zal je morgen bellen
أنا سوف أتصل بك غذاً
66-ik heb hem daar gezien
انا رأيته
67- vanavond ga ik een film kijken
في المساء سأذهب لمشاهدة فلم
68-het is belangrijk
إنه مهم
69- er is niet
لايوجد
70- ik was aan het lezen
أنا كنت قد قرأت
عند الاشتراك في صفحتنا سوف تحصل على اكثر من 230 درس مجانا ً . صفحتنا مخصصة لتعليم اللغة الهولندية للأطفال والمبتدئين والمستوى المتقدم . دروس صوتية – نصية – مصورة – جمل مفيدة – قواعد – أفعال – مفردات الأسماء . سيتم نشر دروس جديدة وحصرية على هذه الصفحة بالاشتراك مع عدد من مدرسي اللغة الهولندية… فيديوهات تعليمية للأطفال بطريقة رائعة وممتعة وتفاعلية .أكثر من 100 درس محادثات في كافة مجالات الحياة اليومية . اكثر من 100 درس مفردات وأسماء الأشياء . أكثر من 50 درس قواعد … النفي – الأمر – الأفعال – الأفعال المساعدة – الضمائر – العطف – الظروف – العكوس – الصفات – تصاريف الأفعال . قصص مترجمة .أغاني مترجمة . لاتتردد بالاشتراك في صفحتنا لتصلك كل الدروس فور تحميلها .دروسنا خاصة بنا . ومحمية بحقوق النشر .اشتراكك وتعليقك تشجيع لنا لنستمر بتقديم الأفضل . جاهزون لتقبل اي نقد في التعليقات . يمكنكم التواصل معنا عبر صفحتنا على الفيس بوك :
https://www.facebook.com/Nederlands.leren.nidal
التعليقات